ADVENT 2025

 

“En na zes dagen nam Jezus Petrus en Jakobus en Johannes, zijn broer, met Zich mee en bracht hen op een hoge berg, alleen hen. En Hij werd voor hun ogen van gedaante veranderd; Zijn gezicht straalde als de zon en Zijn kleren werden wit als het licht. En zie, aan hen verschenen Mozes en Elia, die met Hem spraken.” Mattheüs 17:1-3

 

De Zoon van God is volgens Gods belofte mens geworden. Hij is echt een unieke Persoon. Dat wordt hier ook duidelijk op deze berg. Hij verandert van gedaante. Het is nog wel duidelijk de Here Jezus. Hij is ook die echte mens, maar dan komt er van Zijn gezicht zo’n bijzondere glans! Zijn kleren krijgen ook een glans zoals ze die niet hadden toen ze samen onderaan de berg waren. Die glans is niet zomaar iets. We lezen dat Zijn gezicht straalde als de zon. Het Goddelijke licht straalt van Hem af. Dat doet denken aan Mozes in de woestijn.

Toen Mozes voor de tweede keer van de berg afkwam met de 10 geboden, was er ook een bijzondere glans op zijn gezicht. We lezen dit in Exodus 34: “En het gebeurde, toen Mozes van de berg Sinaï afdaalde – de twee tafelen van de getuigenis waren in Mozes' hand, toen hij van de berg afdaalde – dat Mozes niet wist dat de huid van zijn gezicht glansde, omdat de HEERE met hem gesproken had. Aäron en alle Israëlieten keken Mozes aan, en zie, de huid van zijn gezicht glansde. Daarom waren zij bevreesd om dichter bij hem te komen.” Vs 29,30

Bij Mozes was het de glans die van God over hem gelegd was. Daarin klonk ook de boodschap van God voor het volk dat hij Gods boodschapper was. Dat hij Gods echte boodschap aan hen overbracht. Mozes is daarin beeld van de Christus die zal komen. Bij de Here Jezus is het de Goddelijke glans die uit Hemzelf komt. Hij is God en mens. Zijn God-zijn doorstraalt heel Zijn wezen.  Hij is meer dan Mozes, die ook op deze berg vanuit de hemel verschijnt. Dan is er geen bijzondere glans bij Mozes. De aandacht moet nu niet vooral op Mozes gericht zijn, maar op de Here Jezus. Hij is meer dan Mozes. Je mag Mozes en Jezus niet van elkaar losmaken, maar wel is duidelijk dat Christus de beloofde Verlosser is en niet Mozes. Onze ogen en ons hart worden naar Jezus Christus getrokken.

 

“Ses dae later het Jesus vir Petrus en Jakobus en sy broer Johannes saamgeneem en hulle teen 'n hoë berg uitgelei, waar hulle alleen was. Voor hulle het Hy van gedaante verander: Sy gesig het gestraal soos die son, en sy klere het skitterend wit geword soos die lig. En kyk, Moses en Elia het aan hulle verskyn en was met Hom in gesprek.” Matteus 17:1-3

 

Dit lyk dalk ‘n bietjie snaaks om oor Advent te skryf vanuit ‘n gedeelte in die Bybel waar ons lees dat Christus al gekom het. Hy het selfs al openlik met Sy werk begin. Ek doen dit omdat ons juis vanuit Matteus 17:1-3  so duidelik die eenheid van die Ou en Nuwe Testament kan sien. Ons sien dan ook so pragtig raak wat Jesus Christus se uniek posisie en werk is.

Dit is goed om te bedink dat in die Here Jesus se tyd die volk en ook Sy eie leerlinge veral na die kom van die Christus uitgesien het as ‘n magtige Koning. Hy sou sorg vir die groot oorwinning. Die Joodse volk sou onder Sy regering die groot mag op aarde wees. Die Here Jesus het nog nie lank hiervoor duidelik gemaak dat die Verlosser wat die HERE beloof het moet gaan ly. Ons lees daarvan in Matteus 16: “Van toe af het Jesus begin om aan sy dissipels duidelik te maak dat Hy na Jerusalem moet gaan en baie moet ly deur die familiehoofde, leierpriesters en skrifkenners, en doodgemaak en op die derde dag opgewek moet word. Petrus het Hom eenkant geneem en Hom begin teregwys: “Mag God dit verhoed, Here, dit sal beslis nie met U gebeur nie!” Maar Hy het omgedraai en vir Petrus gesê: “Gaan weg agter My, Satan! Jy is vir My 'n struikelblok, want jy bedink nie die dinge van God nie, maar die dinge van mense.”  Vs 21-23

Die Here Jesus wys vir Petrus en die twee ander dat Hy die beloofde Verlosser is. Hy het in Betlehem op de wêreld gekom as die Verlosser wat moet ly maar ook die een is wat oorwin en die groot Koning is. ‘n Groter en magtiger Koning as wat Hy die Koning van ‘n aardse koninkryk sou wees.

Hulle gaan ’n hoë berg op. Om alleen te wees. Om te kan konsentreer op wat Christus hulle daar sal wys. Hy wys dat Hy ‘n baie spesiale Persoon is. Soos ons dit ook raaksien wanneer die ster deur sy lig die wyses die pad na die huis wys waar die Verlosser gebore is. Die wyses toe en die leerlinge toe en ons vandag moet ons oë en ons hart op Jesus Christus rig.