Geliefde gemeente van onze Verlosser Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes
Hoe zit de geschiedenis in elkaar? Wanneer kunnen we de Here Jezus terug verwachten op aarde? Het zijn belangrijke vragen. Het is ook goed om vanuit Gods Woord te zien wat de Geest ons daarover verteld heeft. Het is namelijk zo dat mensen soms heel bijzondere ideeën hebben over wat er gaat gebeuren in de toekomst. Daarbij worden dan een aantal Bijbelteksten genoemd. Zeker als dat in een gesprek snel gaat is er vaak niet de tijd om er goed over na te denken. Daarom is het belangrijk om er juist in de kerkdiensten in alle rust naar te kijken. Om onze verwachting naar de toekomst toe juist te vullen met wat de Geest echt door het Woord zegt en belooft.
Een van de dingen waar we zomaar mee te maken kunnen krijgen is dat mensen met ons gaan praten over een duizendjarig rijk. Dat zou dan in de toekomst liggen. De Here Jezus zou dan een eerste keer terugkomen om te zorgen voor een 1000 jarig vrederijk en daarna zou hij weggaan en een korte tijd van grote verdrukking komen en daarna zou de Here Jezus definitief terugkomen. De gedachte is gegrond op wat we in Openbaring 20 lezen. Op het eerste gezicht kun je nogal onder de indruk raken van deze theorie maar is dat echt wat hier staat. Wat we in Openbaring 20 lezen is van groot belang voor ons leven vandaag en morgen. Daarom is het goed om samen dit gedeelte in een aantal keer samen te lezen en te zien wat de HERE ons hier duidelijk maakt. Ik haal dit gedeelte van Openbaring 20 nu naar voren omdat er vanuit de gemeente verschillende vragen over kwamen. Wat is de betekenis van Openbaring 20 voor ons vandaag? Wij letten daarop als ik jullie het evangelie van Christus vanuit Openbaring 20:1-6 onder het volgende thema verkondig:
DE HERE GEEFT NA CHRISTUS WERK OP AARDE EEN LANGE PERIODE VOOR DE WEDERKOMST
- Waarin de satan op aarde gebonden is
- Waarin Christus met de gestorven gelovigen vanuit de hemel regeert.
- Waarin de satan op aarde gebonden is
We hebben al eerder bij preken vanuit het boek Openbaring gezien dat de Here Jezus dit boek gegeven heeft om Zijn gemeente moed te geven. Moed voor de tijd tot Zijn terugkeer. Hij weet hoe moeilijk Zijn gemeente het in bepaalde periodes van de geschiedenis zal krijgen.
De kerk van Christus komt in de geschiedenis meerdere keren geweldig klem te zitten. Het lijkt alsof je deel van een verloren zaak bent. Als die dingen gebeuren, kan het ook heel sterk aan jou trekken.
We hebben ook al eerder gezien dat de Here in dit boek ons meerdere keren een overzicht van de geschiedenis geeft. Dat is iets dat we ook hier heel goed moeten bedenken. Kijk maar eens mee naar Openbaring 18,19. We lezen in deze hoofdstukken over Christus die terugkomt en er dan voor zorgt dat de macht van de wereld, de macht van een leven voor het hier en nu helemaal en voor altijd in elkaar stort. De glamour en de schittering van de wereld zoals die bij de rijken en de sterren te zien is verdwijnt voor altijd. Het kan op deze aarde er nog op lijken dat het loont om voor rijkdom, roem en eer te leven maar op de dag dat Christus terugkomt is dat voor altijd voorbij. Dan komt het oordeel dat daarvan niets heel laat. De duivel en al zijn helpers worden dan voor altijd in de hel gegooid. Voor altijd opgesloten. Christus heeft voor altijd voor de ogen van iedereen overwonnen. Als dat gezegd is volgt Openbaring 20. Dan zou je kunnen denken dat wat we hier lezen na Openbaring 19 komt. Let er dan op dat we hier met een nieuw overzicht te maken hebben dat dan in vers 11-15 weer laat zien dat op de dag van Christus al Gods tegenstanders voor altijd opgesloten worden in de hel. In de poel van het vuur.
We moeten ook bedenken dat er in de Bijbel over een wederkomst van Christus gesproken wordt. Dat maakt ook duidelijk dat Christus in Openbaring 20 ons een bepaald element van de geschiedenis wil laten zien op weg naar de wederkomst. Om juist de gelovigen, om juist de kerk te bemoedigen.
In Openbaring 20 vertelt de Here Jezus wat de plaats van de duivel na Zijn hemelvaart is en wat er met hem uiteindelijk gaat gebeuren. Het is voor ons belangrijk om dat te weten. Om daarmee dan ook echt rekening te houden.
De Here Christus laat nu aan Johannes zien dat er een engel uit de hemel komt. Deze engel heeft de sleutel van de afgrond bij zich en een zware ketting. Het maakt duidelijk dat deze engel een belangrijke opdracht heeft. Hij moet iemand opsluiten. Dat is niet de eerste de beste. Het gaat hier om een heel machtig persoon want er is een engel voor nodig en een grote of zware ketting. Als je hem niet met zware middelen opsluit in de afgrond zal hij zo weer loskomen en doen wat hij wil. Dat het hier om de grootste en machtigste vijand van de HERE gaat, lezen we in vers 2: “en hij greep de draak, de oude slang, dat is de duivel en de satan.”
We zien hier een duidelijke herinnering aan Genesis 3 en openbaring 12. De naam satan betekent tegenstander. Het gaat hier om de tegenstander van God bij uitstek. Deze tegenstander is ook de duivel. De naam duivel betekent: verleider. Hij is de persoon die er op uit is om mensen bij de HERE en het goede leven met Hem weg te leiden. Hij heeft zijn aard laten zien bij de zondeval. Hij is de verleider. Hij is de oude slang. Hij heeft zich bij de zondeval als slang vermomt. Hij heeft Eva door een slang aangesproken. Die slang uit die eerste tijd van de geschiedenis is hij. Je rilt ervan als je dat hoort. Hij is ook de draak. Hij is het die als een machtige persoon dood en verderf over de aarde zaait. Deze verschrikkelijke persoon met zijn geweldige macht moet nu gevangengenomen worden. Dat is een groot werk. De grote vraag is of de duivel de geschiedenis zal overheersen en de kerk dus ten dode opgeschreven is. Wat kan de duivel nog na Christus’ werk op aarde? Hij gaat dan juist op de aarde rond als een brullende leeuw. Hoe kun je dit rijmen met de overwinning van Christus? Het is goed om hierbij te bedenken wat we in Openbaring 12 lezen. Daar lezen we dat de duivel op de dag van Christus’ hemelvaart voor altijd uit de hemel wordt gezet. Dan juicht de hemel maar dan lezen we over de aarde: “Wee de aarde en de zee, want de duivel is tot u neergedaald in grote grimmigheid, wetende, dat hij weinig tijd heeft.” Vs 12
Nu maakt de Here Christus in Openbaring 20 duidelijk dat dit ons niet radeloos en moedeloos moet maken. Want vanuit de hemel wordt een engel gestuurd om de duivel te binden. Te binden voor een periode van 1000 jaar. Als we van 1000 jaar lezen moeten we goed bedenken dat het boek Openbaring een boek vol symbolen is. Symbolen die een zaak moeten duidelijk maken. Het gaat hier niet om een periode van letterlijk 1000 jaar. De geschiedenis tussen de hemelvaart van de Here Jezus en Zijn terugkeer wordt in ons hoofdstuk in twee periodes verdeeld. Een periode van 1000 jaar waarin de duivel gebonden is en een korte periode daarna waarin de duivel niet meer gebonden is. Daarna komt Jezus terug. Hier staat dus een lange periode tegenover een korte. Het getal 1000 wijst erop dat het een lange periode is en dat deze periode door de HERE vastgesteld is. De HERE heeft de duur van deze periode precies vastgesteld.
Waardoor wordt die lange periode in de geschiedenis nu gekenmerkt? Door de binding van de Satan. We lezen in vers 3 dat de engel de duivel in de afgrond gooit en zorgt dat hij gebonden blijft. Dat wordt door de Heilige Geest benadrukt door te zeggen dat de afgrond boven de duivel verzegeld is.
Als we al deze dingen gezegd en gezien hebben, zeg je misschien: ‘We kunnen nu niet in de lange periode leven want de duivel is niet gebonden. Die tijd moet nog komen want als je vandaag kijkt zien je toch juist overal de ellende en afval waar de duivel achter zit? Als je terugkijkt in de geschiedenis zie je toch ook nergens een heel lange periode waarin mensen in diepe vrede en zonder ellende geleefd hebben? Je ziet toch nergens in de geschiedenis een vrederijk op aarde?’
Juist in deze vragen en de gedachten, ligt het probleem van een leer van een duizendjarig rijk. Het gaat erom dat we rustig lezen wat de HERE hier zegt. Zegt Christus in onze tekst dat de duivel in de lange periode zo gebonden is dat hij niets meer kan doen? Zegt onze Heiland hier dat het dan om een periode gaat waarin er op de wereld volledige vrede zal heersen? Nee!
We lezen in vers 3 precies wat deze binding van de duivel in die lange periode betekent. Daar lezen dat de duivel gebonden is: “opdat hij de volken niet meer zou verleiden, voordat de duizend jaren voleindigd waren; daarna moest hij voor een korte tijd worden losgelaten.”
Dat het er hier niet om gaat dat de duivel niets meer kan doen wordt ook duidelijk als in vers 8 vertelt wordt wat de duivel in de korte periode wel weer kan doen. Het nieuwe is dan: “en hij zal uitgaan om de volken aan de vier hoeken van de aarde te verleiden.”
Let er dus op dat de Heilige Geest zelf de binding van de Satan in deze periode niet zo omschrijft dat de duivel niets kan doen. Christus laat ons hier zien dat de duivel in de tijd dat hij al zijn aandacht op de aarde en op Christus’ kerk richt toch heel sterk in zijn macht gebonden is. Hij kan bepaalde dingen niet meer doen die hij tot Christus hemelvaart wel kon doen. Dat zie je als je er op let dat de Here Jezus de duivel meerdere keren de overste van de wereld noemt. (Joh 12:31; 14:30; 16:11) De duivel heeft de volken buiten Israel in zijn hand. Hij kan hele volken bij het leven met de HERE weghouden. Dat kan hij omdat de HERE de volken buiten Israel in de macht van de duivel gelaten heeft. Hij heeft de volken buiten Israël laten leven volgens de verlangens van hun eigen zondige hart. Paulus zegt dat in Lystra zo: “Hij heeft ten tijde van de geslachten, die achter ons liggen, alle volken op hun eigen wegen laten gaan.” Hand 14:16
De Here Jezus laat na Zijn hemelvaart zien dat Hij alle macht in de hemel en op de aarde heeft. (Matt 28:18-20) Hij laat de Satan zo binden dat die er niet meer voor kan zorgen dat de opdracht om het evangelie aan alle volken te verkondigen schipbreuk zal leiden. Dat hij er niet meer voor kan zorgen dat hele volken in de duisternis van het ongeloof blijven. Hoe heerlijk en geweldig is het dat Christus de Satan zo gebonden heeft. Zonder die binding zouden jij en ik nooit van de Here Jezus gehoord hebben, zou nooit iemand in Nederland tot geloof gekomen zijn. Zou geen Nederlander ooit gered zijn. Dan zou de duisternis en een leven zonder God en dus zonder hoop de hele wereld gevuld hebben. De hele wereld buiten Israël. Nu laat Christus aan Gods volk zien dat de duivel niet het laatste woord heeft. Ook niet als we veel ellende en veel afval om ons heen zien. Hij wijst ons erop dat de duivel gebonden is en dat we dat met onze eigen ogen kunnen zien. Nog steeds komen er mensen uit allerlei volken, door de verkondiging van het evangelie vanuit de kerk, tot geloof. Elke man of vrouw op deze wereld die door het werk van zending of evangelisatie tot geloof komt, is een bewijs dat de satan gebonden is. Hij kan het niet stoppen dat mensen uit alle volken tot Christus als hun Redder en Koning komen. Dat laat zien dat de regering van Christus niet ergens in de toekomst ligt. Het is niet zo dat Christus de macht van de duivel pas aan banden legt als er eens een duizendjarig rijk zou komen. Nee, de Here Jezus zegt heel duidelijk bij Zijn hemelvaart dat Hem alle macht in hemel en op aarde gegeven heeft. Christus zal niet in de toekomst pas de duivel en zijn macht aan banden leggen. Nee, dat heeft Hij al gedaan! We lezen dat in Col 2:15 zo: “Hij heeft de overheden en machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en zo over hen gezegevierd.”
De opgestane Here regeert vandaag vanuit de hemel. Hij doet dat met de gestorven gelovigen. Wij letten daarop in de tweede plaats.
- Waarin Christus met de kerk vanuit de hemel regeert
De Heilige Geest heeft ons in de verzen 1-3 laten zien wat er op de aarde gebeurt in de lange periode na de hemelvaart van de Here Jezus. In de volgende verzen wordt onze blik naar de hemel gericht. We lezen in vers 4 van tronen en dat zij die daarop zitten het oordeel ontvangen. Het gaat hier om de troon waarin Christus als koning zit en de tronen van hen die met Hem samen als koningen regeren. Volgens het boek Openbaring is de troon waarop God en Christus zitten in de hemel. We lezen dat 44 keer in het boek Openbaring. Nu zien we dat om de troon waarop Christus zit ook nog andere tronen zijn. Op die tronen zitten zielen. Het woord ziel wijst er hier ook op dat het om het leven in de hemel gaat. Het gaat hier niet om gestorven gelovigen die al een nieuw en verheerlijkt lichaam hebben. Dat zie je heel duidelijk als gezegd wordt: ‘de zielen van hen die onthoofd waren.’ Dit herinnert ook aan wat we in Openb 6 lezen. We lezen ook daar van gestorven gelovigen die in de hemel zijn. Zij worden daar de zielen die onder het altaar zijn genoemd. Openb 6:9.
Want wat gebeurt er als een gelovige sterft? Dan blijft zijn of haar lichaam in het graf liggen maar Gods kind gaat met zijn of haar persoonlijkheid, met zijn of haar ziel naar de HERE in de hemel. Juist daarom kan Paulus in Fil 1:23 schrijven: “Van beide zijden word ik gedrongen: Ik verlang heen te gaan en met Christus te zijn, want dit is verreweg het beste.”
De Here Jezus heeft ook heel duidelijk aangewezen dat de gelovigen meteen bij hun sterven met hun ziel naar de hemel gaan. Hij zegt tegen de moordenaar aan het kruis die met zijn leven naar Christus als zijn Redder gevlucht is: “Ik zeg u: Voorwaar, Ik zeg u, heden zult u met mij in het paradijs zijn.” Luk 23:43
Het gaat in Openbaring 20 werkelijk om alle gestorven gelovigen die in de hemel zijn. Eerst worden zij genoemd die omdat zij als christen van Christus zijn blijven getuigen, die het Woord van Christus zijn blijven uitdragen, doodgemaakt zijn. Dat zijn de martelaren. Daarna wordt een tweede groep genoemd. Dat zijn de mensen die in eenvoudig geloof, in eenvoudig vertrouwen op de HERE zich niet tot een werelds leven hebben laten verleiden. Zij die niet met de wereld en de valse kerk zijn gaan meedoen omdat dat op de aarde zoveel voordeel oplevert. Zij horen niet bij het beest. Zij staan buiten wat de Bijbel de wereld noemt. Dat merkteken dragen zij niet. Zij leven vanuit het merkteken dat zij van God gekregen hebben: de doop. Gods heerlijke belofte dat Hij bij hen zal zijn en Hij hen zal verlossen beheerst hun leven. Het gaat hier om alle gelovigen die gestorven zijn
Ook op andere plaatsen in de Bijbel maakt de Geest duidelijk dat alle gelovigen na hun sterven met Christus zullen regeren. We lezen in 2 Tim 2:12 deze belofte: “indien wij volharden, zullen wij ook met Hem als koningen heersen.”
Hier ligt die geweldige troost voor de gelovigen die medegelovigen zien sterven, voor de kerk die onder vervolging en grote afval gebukt gaat. Dan mag je weten dat als je in diep vertrouwen op de Here leeft met jou zal gebeuren wat we in vers 4 lezen: “en zij werden weer levend.” Ook als er vandaag in jouw leven zoveel op je afkomt.
De dood kan gewelddadig of op een andere manier in je leven komen. Wie gelooft, wie met Christus leeft, mag weten dat als je sterft je meteen in de hemel leeft. Je leeft omdat je bij de Here hoort. Je krijgt dan zelfs dat geweldige dat je met Christus mag regeren. Je krijgt zelfs de rang van koning. Niet dat je daarmee gelijk aan Christus wordt. Toch ben je koning omdat je door Christus offer dan voor altijd in de strijd tegen de zonde overwonnen hebt. Je staat daar dan boven. Je hebt geen enkele neiging meer om zonde te doen. Daarom sta je dan boven de duivel en de ongelovigen en mag je samen met Christus over hen het oordeel uitspreken.
Hoe anders is het met de ongelovigen. We lezen van hen in vers 5: “De overige doden werden niet weer leven, voordat de duizend jaren voleindigd waren.”
Hier wordt niet gezegd dat ze na de 1000 jaren wel weer levend worden! Het gaat hier om de tegenstelling met de gelovigen die in deze periode wel weer levend worden. Dat gebeurt niet met de ongelovigen. Levend worden betekent hier dat je bij de HERE bent en bij Hem leeft. De ongelovigen bestaan na hun dood in de hel maar zonder Gods liefde.
Toets nu ook jezelf! Leef jij echt met de HERE? Laat je tot Hem roepen. De HERE roept ook jou in liefde. Wie zich niet laat roepen, wie in feite zonder Christus leeft, wordt na zijn sterven niet levend. Dat betekent niet dat de ongelovigen na hun sterven met hun ziel niet blijven bestaan. Zij leven niet! Zij zijn niet bij de Here. Zij bestaan daar met hun ziel waar de dood heerst. Waar ellende en pijn is en die ook nooit verdwijnt.
Weet je wat nu het heerlijke is als je nu op aarde de Here kent? Als in jou leven het wonder plaatsgevonden heeft dat jij van de Here Jezus houdt en achter Hem aangaat. Dan is het heerlijke dat je deel aan de eerste opstanding hebt. Dan ben je zalig: in en in gelukkig te prijzen, dan ben je heilig: door de HERE apart gezet om te leven! Want wie na zijn sterven door Christus’ betaling van zijn of haar schuld met zijn ziel naar de hemel gaat, komt nooit meer in de dood. Ook niet als de Here Jezus terugkomt en alle graven opengaan en alle doden zullen opstaan. Dan is er namelijk ook de tweede dood. De tweede dood is dat mensen uit hun graf opstaan en daardoor niet alleen met hun ziel maar ook met hun lichaam de ellende ingaan. Dan spreekt de Here Jezus het oordeel over hen zo uit dat ze samen met de duivel en zijn helpers, ook met hun lichaam, naar de hel gaan. Die tweede dood heeft over gelovigen, over hen die met hun schuld en zonden tot Christus gegaan zijn geen macht. Hoe de klauwen van die dood zich ook naar hen uitstrekken toch bereikt het hen niet! Het bloed van Christus, Gods lieve Zoon weert dat voor hen voor altijd van hen af. Zij hebben die tweede dood wel verdiend maar Christus bloed, Christus lijden en dood tot in de hel redt hen voor eeuwig van de dood. Wat een heerlijk evangelie, wat een liefde en genade van God voor hen.
Als je als gelovige sterft, is het leven zo goed. Dan mag jij door het sterven heen bij God zijn. Zo dicht bij Hem dat je Hem ziet. Dan is jouw hele wezen, jou hele leven in de hemel aan Hem gewijd. Dan ben jij voluit priester van God. Met hart en ziel aan Hem toegewijd. Dat is dan je leven, dan ben je gelukkiger dan ooit want je bent bij je God en Verlosser. Je bent ook bij Christus. Bij Hem die jouw leven gered heeft van de dood door de helse dood voor jou in te gaan. Leven als priester van Hem vlak bij Hem is dan je leven. Zonder dat je ooit nog naar iets anders verlangt.
Broeders en zusters, jongens en meisjes dat leven wil de HERE jou geven. In dat leven sta je als nu met Christus leeft, dat leven wordt dan in de toekomst alleen maar beter. Daarvoor hoeven we niet te wachten op een zogenaamd duizend jarig rijk dat nog in de toekomst zou liggen. Dat leven is er zonder gebrek al als je als kind van God sterft. De kerk van Christus staat in dat leven dat niemand haar kan afnemen, ook de duivel niet. Dan is er altijd moed voor de kerk van Christus. Ook als de duivel voor een korte tijd wordt losgelaten. Daarover volgende week verder. Zou je nu nog zonder Christus willen en kunnen leven? Jij wilt toch niet de weg van dood op maar die van het leven!
AMEN
Gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes
Eerst een paar woorden naar aanleiding van een vraag over de preek van vorige week. Dat was een vraag naar aanleiding van Openbaring 20:5. We lezen daar: De overige doden werden niet weer levend voordat de duizend jaren voleindigd waren.
We hebben vorige week gezien dat die overigen de ongelovigen zijn. De vraag was nu: Is het dan zo dat de ongelovigen na hun dood helemaal niets meemaken en dat ze na die lange periode dan wel weer gaan leven?
Om antwoord op die vraag te krijgen, is het nodig om op vers 4 te letten. We lezen daar wat er gebeurt met hen die tijdens hun leven op aarde met Christus geleefd hebben. Als zij sterven, worden zij weer levend. De kerk die in deze periode leeft mag dat weten. Dat gebeurt niet met ongelovigen die sterven. Zij worden niet levend als zij sterven. Weer levend worden betekent dat je bij de HERE bent en daar leeft. De ongelovigen bestaan in deze periode wel. Zij bestaan zonder God, zonder om in Zijn liefde te delen. Dat betekent dat ze niet leven. je leest in de Bijbel ook dat wie op deze aarde leeft maar zonder Christus dood is. Ik denk nu aan Efeze 2: “Ook u heeft Hij met Hem levend gemaakt, u die dood was door de overtredingen en de zonden” vs 1 HSV
Openb 20:5 zegt dus niet dat de ongelovigen na die lange periode wel weer zouden leven, wel bij de HERE zouden zijn. Nee, zij zullen zelfs in de tweede dood komen (vers 6). Dat is dat ze ook na de opstanding met hun lichaam de dood ingaan. Let erop dat er van de tweede dood gesproken wordt. Het woord dood wijst ook hier niet op niet-bestaan maar op een bestaan zonder God, zonder Zijn liefde en zorg. Dat is geen leven. Het niet weer levend worden wijst er dus op dat ze na hun dood op aarde niet bij Christus in de hemel zijn.
Na die lange tijd, die 1000 jaren waarin de duivel de uitbreiding van Christus kerk over de hele wereld niet kan stoppen, komt er nog een korte tijd. Een heel zware tijd voor de gemeente van Christus. Wat is nu die korte tijd? We zien dit als ik jullie het evangelie verkondig onder het volgende thema:
DE DUIVEL ONTPLOOIT IN DE LAATSTE KORTE PERIODE AL ZIJN MACHT TEGEN DE KERK
- Hij trekt met de hele wereld op tegen de kerk
- De HERE vernietigt de duivelse macht
1. Hij trekt met de hele wereld op tegen de kerk
De duizend jaar, de lange periode na de hemelvaart van Christus is voorbij. De tijd waarin de duivel zo gebonden was dat hij niet hele volken kon verleiden.
Let er nu op wat er na deze lange periode in de geschiedenis gebeurt. Het is niet zo dat de duivel zich dan aan de binding en de gevangenschap weet te ontworstelen. Het is niet zo dat hij de HERE dan toch te slim af is. Ook niet zo dat God de duivel niet meer in Zijn macht kan houden. Nee, let er op wat we in vers 7 lezen: “En wanneer de duizend jaren voleindigd zijn, zal de satan uit zijn gevangenschap worden losgelaten.”
Het is de Here God die de duivel in Zijn macht heeft. De duivel ligt bij God aan de ketting. Dat laat ons denken aan wat er met Job gebeurde. Toen was het de duivel die wou laten zien dat hij er voor kon zorgen dat een kind van God voor altijd afscheid van de HERE zou nemen. Dan is het de HERE die de duivel de ruimte geeft om Job heel veel kwaad aan te doen. Hij mag Job alleen niet doodmaken. We zien ook hier dat het de HERE is die de duivel weer ruimte geeft. Hij ontvangt weer al die macht die hij ook voor Christus hemelvaart had. Hij krijgt de macht om de hele ongelovige wereld tegen de kerk te mobiliseren.
Ik kan me voorstellen dat je denkt: maar waarom laat de Here dat nu gebeuren? Waarom is die korte heel zware tijd voor de gemeente van Christus nog nodig? Als we weer aan de geschiedenis van Job denken, komen we daar iets van op het spoor. Daar zegt de duivel dat het logisch is dat Job de HERE zo met zijn hele leven dient. Het gaat Job goed en dan is het niet moeilijk om God te dienen. Dat is de redenering van de duivel. Het gaat daar dus ten diepste om de eer van God. Ook in onze tekst gaat het uiteindelijk om Gods eer zonder dat het op enige manier ten koste van Zijn volk gaat. De duivel en de ongelovige wereld krijgen niet de kans om te zeggen: De verlosten leven nu wel op de nieuwe aarde maar dat zou niet zo zijn als wij al onze macht tegen de kerk konden ontplooien. Als we daartoe in staat waren gesteld, zou God Zijn kerk niet in leven gehouden hebben. Daartoe zou Hij dan niet in staat geweest zijn. De Here laat niet toe dat die spot ooit met de schijn van recht uitgesproken kan worden. De HERE laat aan het einde van de geschiedenis zien dat Hij ook als de duivel en zijn helpers totaal ontketend zijn, in staat is om Zijn volk in liefde voor Christus te bewaren.
De satan, Gods grote tegenstander is ontketend. Dan gaat hij meteen proberen te doen wat hij in die lange periode niet meer kon doen. Hij gaat meteen aan het werk, gaat meteen er op uit om de ongelovige wereld te verenigen tegen Christus kerk. Het volk van Gods verbond raakt dan echt geïsoleerd. Komt echt alleen te staan. Hij gebruikt bij die mobilisering van alle krachten tegen Gods volk op aarde allerlei helpers. We lezen dat in Openb 16:13,14 waar het over dezelfde oorlog, over deze korte tijd gaat. We lezen daar: “En ik zag uit de bek van de draak en uit de bek van het beest en uit de mond van de valse profeet drie onreine geesten komen, als kikvorsen; want het zijn geesten van duivelen, die tekenen doen, welke uitgaan naar de koningen van de hele wereld, om hen te verzamelen tot de oorlog op de grote dag van de almachtige God.”
Een van de helpers van de duivel om de kerk van Christus te isoleren en samen met de wereld aan te vallen is de valse profeet. De valse profeet is een handlanger van de satan die in de hele geschiedenis werkt en in de korte tijd voor de terugkeer van de Here Jezus hoog geëerd zal worden. De valse profeet is de macht die zich als een profeet, als een volgeling en belijder van Christus voordoet maar mensen in werkelijkheid bij het ware evangelie, bij de ware Christus wegleidt. Ook vandaag moeten we daar onze ogen voor open hebben en houden. Wij leven in een tijd waarin ons steeds weer verteld wordt dat we niet zo sterk moeten onderscheiden. Woorden als ware en valse kerk zijn bijna vieze woorden geworden terwijl ze deel van onze belijdenis op grond van Gods eigen Woord zijn. Wij moeten juist in de wereld van vandaag niet vanuit eigen groep maar vanuit Gods Woord steeds weer onderscheiden wat volgens Gods Woord is en wat niet. Om juist echt met hart en ziel op Gods weg te gaan. De valse profeet zegt; Als jij maar op jouw manier van Jezus houdt is het goed. Hoe goed mensen dit ook bedoelen toch is het typisch de taal van de valse profeet. Want waar gaat het om? Het gaat er niet om dat je Jezus op jouw manier liefhebt, dat je voor jouw Jezus uit je dak gaat maar welke Jezus jij liefhebt en dient. Is dat echt Jezus Christus? Is dat echt de Jezus van de Bijbel, is dat echt de God van Zijn eigen Woord, doe je dat echt volgens de wil van God zoals de HERE dat zelf in Zijn Woord zegt? Dan gaat het niet om de kerk maar of in de kerk het Woord van de HERE regeert. Dan kun je niet zeggen dat je samen Jezus liefhebt als de ander niet gelooft dat de Here Jezus voor ons tot in de hel moest lijden. Als voor hem de Here Jezus alleen het volmaakte voorbeeld voor zijn leven is. Dan moet je zeggen dat kerken waarin deze dingen verkondigd kunnen worden vanaf preekstoelen valse kerken zijn zonder om daarmee te zeggen dat daarin geen gelovigen meer kunnen zijn. Laat ons op pad na Christus wederkomst juist vanuit liefde voor Christus en Zijn Woord onderscheiden om juist ook onze naaste met liefde tot de Christus van de Schrift te leiden. Om samen in de kerk waar het ware evangelie verkondigd wordt te leven.
De satan mobiliseert alle krachten tegen Gods volk. De gelovigen die geen compromissen met allerlei menselijke gedachten en gevoelens willen sluiten maar die aan het getuigenis van Jezus en het Woord van God onverminderd willen vasthouden. Die ook niet met een werelds leven willen meedoen. Zij krijgen het in die korte periode te verduren. De aanval die nu komt is heel indrukwekkend. De hele aarde wordt gemobiliseerd. De volken van de vier hoeken van de aarde! Deze volken worden hier Gog en Magog genoemd.
We vinden hier een herinnering aan Ezechiel 38,39. Deze hoofdstukken beginnen met de woorden: “Het woord van de HERE kwam tot mij: Mensenkind, richt uw aangezicht tegen Gog in het land Magog, de grootvorst van Mesek en Tubal.” Vs 1,2. Waarom herinnert de Here Christus hier in het boek Openbaring juist aan deze hoofdstukken? Omdat we hier een profetie lezen waarin de HERE vertelt hoe Gods volk dat uit ballingschap teruggekeerd is met een geweldige aanval van een duivelse macht te maken zal krijgen. Een macht die uit verre streken mensen tegen Gods verbondsvolk, Zijn kerk zal verzamelen. Op mensen en machten uit verre streken wijzen Gog in Magog. Dat het hier ook gaat om een groot leger dat uit mensen uit veel volken bestaat, lezen we in vers 15,16: “Dan zult u komen uit uw woonplaats uit het verre noorden, u en vele volken met u, allen ruiters, een grote schare en een talrijk leger, en u zult optrekken tegen mijn volk Israël als een wolk die het land bedekt. In toekomende dagen zal het geschieden, dat Ik u doe optrekken tegen mijn land, opdat de volken Mij leren kennen, wanneer Ik mij voor hun ogen aan u, o Gog, de Heilige betonen zal.”
Deze profetie is in vervulling gegaan toen koning Antiochus Epifanus als bijzonder middel in de hand van de duivel alles gedaan heeft om het dienen van de HERE voor altijd van de aarde te verwijderen. Hij regeerde in de tweede eeuw voor Christus over Israël. Het volk is dan uit ballingschap teruggekeerd en aanbid de HERE al weer vele jaren in de nieuwe tempel. Koning Antiochus doet er alles aan om Gods volk ertoe te brengen om de Griekse goden te vereren en volledig de Griekse cultuur aan te nemen. Het komt dan zelfs zo ver dat hij op 1 Oktober 167 voor Christus het bevel geeft dat er niet meer aan de HERE geofferd mag worden. Hij verbiedt de dienst van de verzoening in de tempel. Een paar weken later laat hij een groot beeld van de Griekse oppergod Zeus de tempel inbrengen. Nu moeten er in de tempel van de HERE offers aan de afgod Zeus gebracht worden. Verschrikkelijk! Dan lijkt het erop dat de dienst aan de HERE voor altijd van de aarde verdwijnt. De kerk lijkt echt ten dode opgeschreven. De HERE maak honderden jaren daarvoor in de profetie van Ezechiël duidelijk dat dit juist zal gebeuren om te laten zien wie Hij is. Denk aan wat eerder gezegd is over het punt waarom die korte periode nog moet komen. Heel duidelijk lezen we dat in Ez 38:23: “Ik zal Mij groot en heilig betonen en Mij doen kennen ten aanschouwen van vele volken; en zij zullen weten, dat ik de HERE ben.”
De verschrikkelijke verdrukking van Gods volk komt plotseling tot een einde doordat de HERE koning Antiochus laat sterven. Hij grijpt vanuit de hemel in en laat zien dat mensen en machten tegen Hem en Zijn Gezalfde kunnen opstaan maar dan lacht Hij vanuit de hemel. Van dat plotselinge ingrijpen van de HERE lezen we in Ez 39:6,8 het volgende: “Ik zal vuur werpen in Magog en onder hen die in gerustheid de kustlanden bewonen; en zij zullen weten dat Ik de HERE ben. ….. Zie, het komt, het zal geschieden, luidt het woord van de Here HERE; dit is de dag waarvan Ik gesproken heb.”
Door Gods ingrijpen wordt de tempel aan het einde van 164 voor Christus weer in dienst genomen om aan de HERE te offeren. De Syrische bezetters moeten al meer uit Israël wijken. De overeenkomsten met wat we in Ez 38,39 lezen zijn o.a:
· Dit was de laatste verdrukking voor de kerk in het Oude Testament
· Dit was de zwaarste verdrukking voor de kerk van het Oude Testament
· Het was een korte verdrukking
· God verslaat de duivelse machten door Zijn plotselinge ingrijpen.
Aan het einde van de geschiedenis komt er een tijd die op de tijd van Antiochus Epifanus in het Oude Testament zal lijken. De overmacht die tegen de kerk optrekt is geweldig groot. Overal komen de tegenstanders van Christus’ kerk vandaan. Ze komen over de breedte van de aarde. Het leger van de duivel is zoals het zand van de zee. Ontelbaar groot. Het lijkt hopeloos voor Christus’ kerk. Het lijkt erop dat de kerk alleen maar kleiner wordt. Dat gevoel kan je ook in onze tijd bekruipen. Je ziet hoe afval van de Here en verwereldlijking al meer om zich heen grijpen. Het lijkt alsof het evangelie mensen bijna niets meer zegt. Het lijkt soms alsof je een roepende in de woestijn bent. Dat kan in je eigen hart weer twijfel brengen. Waar is Christus nu? Waar is de kracht van het evangelie? Is het dan wel allemaal waar? Moeten we het evangelie niet een beetje aanpassen? Meer passend maken voor de mensen van onze tijd? Juist als deze vragen opkomen moeten we bedenken dat elke gelovige op aarde, dat elke gemeente van Christus op aarde een wonder is. Want wij als mensen willen niet van Gods liefde, van de genade leven. Wij willen er niet van weten dat iemand voor ons de schuld moest dragen om ons vrede met God te geven. Het is Gods Geest die ons tot andere mensen moet maken om echt gevoelig voor het evangelie, voor Christus te zijn.
Ook als het heel moeilijk voor Christus’ trouwe kerk wordt. Als het lijkt alsof de kerk voor altijd weggevaagd zal worden, vergeet de HERE Zijn volk niet. Want het is de legerplaats van de heiligen, het is Zijn geliefde stad. Wat dat betekent zien we in het tweede punt.
2. De HERE vernietigt de duivelse macht.
Het water staat de ware gelovigen tot de lippen. De legerplaats van de heilige, de geliefde stad is helemaal omsingeld. Er is geen kans meer om te ontvluchten. De enige keuze lijkt te zijn of je voegen bij het vijandige leger of weggevaagd te worden. De kerk wordt door de vijandigheid van buiten helemaal op haar eigen gebied teruggedrongen. Al lijkt alles verloren toch laat de Geest in de namen: ‘legerplaats van de heiligen’ en ‘geliefde stad’ zien dat het anders is.
De legerplaats van de heiligen herinnert aan de Israëlieten toen ze in de woestijn waren. Toen werden ze door Gods wolk en vuurkolom beveiligd. Ook als Israël in de nacht sliep en het hele kamp openlag, was het de HERE die als een ondoordringbare muur om Zijn volk was.
De woorden geliefde stad wijst op Jeruzalem als de stad die de HERE liefhad. Ps 87:2,3: “De HERE heeft Sions poorten lief boven alle woningen van Jakob. Heerlijke dingen zijn van u te zeggen, o u stad van God.”
De HERE is met Zijn hart volgens Zijn belofte bij Christus’ kerk. Hoe zwaar het voor ons, voor jou als gelovige ook wordt toch mag je op de HERE bouwen, naar Hem vluchten. Hij zal jou dan zelfs door de diepste en felste nood en aanvechting van de duivel heen helpen. Het is zo’n heerlijk wonder dat de HERE Zijn kinderen niet vergeet. Ook als wij denken, als de boodschap van de omstandigheden zegt: ‘de HERE is ons vergeten, Christus kan nu niets meer voor ons doen’. Ook dan gelden deze geweldige woorden van God in Jes 49: “Maar Sion zegt: De HERE heeft mij verlaten en de HERE heeft mij vergeten. Kan ook een vrouw haar zuigeling vergeten, dat zij zich niet ontfermen zou over het kind van haar schoot? Al zouden zij die vergeten, toch vergeet Ik u niet. Zie, Ik heb u in mijn handpalmen gegrift, uw muren zijn bestendig voor Mij. Uw zonen snellen toe, uw vernielers en uw verwoesters trekken van u weg.” Vs 14-17
Als alles verloren lijkt. Als het erop lijkt dat de gelovigen niets anders kunnen dan Christus verloochenen en zich voegen bij de volken in dienst van de duivel. Juist dan grijpt de HERE in. Dan laat Hij zien dat Hij om Christus’ bloed de Almachtige en liefdevolle Vader van Zijn gelovige kinderen is. Hij bepaalt hoe kort de tijd van deze oorlog, deze verdrukking is. Geen seconde langer als wat Zijn uitverkoren kinderen het in geloof kunnen volhouden. Het is de HERE die regeert. Die de tijd zo kort maakt om juist de gelovigen bij het leven met Christus, het eeuwige leven te bewaren. We horen dat ook uit de mond van de Here Jezus als Hij over deze zelfde periode in Matt 24 het volgende zegt: “Want er zal een grote verdrukking zijn, zoals er niet geweest is van het begin van de wereld tot nu toe en ook nooit meer wezen zal. En indien die dagen niet ingekort werden, zou geen vlees behouden worden; doch ter wille van de uitverkorenen zullen die dagen worden ingekort.” Vs 21,22
Als jij denkt: laat die tijd nooit tijdens mijn leven op aarde aanbreken want dan ga ik het niet volhouden. Dan mag ik nu in Christus naam zeggen: Als je nu met je hart op Hem bouwt, geeft de HERE jou dan de geloofskracht, zoveel van Zijn Geest dat je het wel volhoudt! De HERE doet wat Hij beloofd heeft. Ook wat Hij in 1 Kor 10:13 belooft: “U hebt geen bovenmenselijke verzoeking te doorstaan. En God is getrouw, die niet zal gedogen, dat u boven vermogen verzocht wordt, want Hij zal met de verzoeking ook voor de uitkomst zorgen, zodat u ertegen bestand bent.”
Zo’n God en Vader heb jij! Leef dan toch met Hem! Zoek het niet in jezelf en wat de meeste mensen of veel van je vrienden zeggen!
Als de duivel op het punt staat om de kerk van de aarde te vagen, als de gelovigen wankelen en op het einde van hun krachten zijn. Dan is daar de HERE met Zijn redding. Dan laat Hij zien dat Hij ook nu Zijn volk kan bewaren. De duivel en al zijn handlangers hebben al hun kracht tot het laatste ontplooit. Dan klinkt daar Gods lach uit de hemel. Het vuur van Zijn oordeel komt plotseling naar de aarde. In een keer is het met de geweldige macht van alle antichristelijke machten onder leiding van de duivel gedaan. In een keer is de omsingelde en aangevallen kerk van Christus op aarde verlost. Alleen het werk van God om Christus. Niet ons o Heer maar Uw Naam zij eer!
De duivel die de volken tegen Christus kerk opgezet heeft, wordt door God gegrepen. Ook zijn belangrijke helpers. Het beest: de macht die de mensen wil laten geloven dat een leven voor jezelf, voor eigenbelang, genot, geld, vakantie enz het is wat je leven goed maakt. Ook de valse profeet: de macht die mensen wil laten geloven dat je naast Christus ook andere goden kan dienen of dat het in ieder geval niet nodig is om in Christus zo te geloven zoals dat in de Bijbel staat. Wie de duivel en zijn helpers volgt worden van de aarde verwijderd. Zij bestaan wel verder maar leven niet. Zij zijn daar waar bestaan elke dag weer een verschrikking is, waar je elke dag de pijn in je bestaan voelt. Omdat je de ware Christus in je leven niet wou volgen en niet bij Hem jouw leven gezocht hebt. Ook dit is troost voor de Christus kerk. Hoe de ware kerk, de ware gelovigen in de geschiedenis ook gekleineerd en vervolgd zijn toch blijkt aan het einde van de geschiedenis dat zij niet voor niets op Christus hun leven gebouwd hebben. De duivel en zijn helpers overwinnen niet.
Leef dan nu met Christus en probeer in je leven niet met de wereld en de dwaling te schipperen. Leef voluit voor en met Christus. Zoek bij Hem jouw kracht en leven. Dan ontvang jij aan het einde van die korte tijd ook de troost die je in art 37 zo belijdt:
“Terecht is daarom de gedachte aan dit oordeel schrikwekkend en angstaanjagend voor de slechte en goddeloze mensen, maar de rechtvaardigen en uitverkorenen verlangen er vurig naar en putten er rijke troost uit. Hun verlossing zal dan immers helemaal voltooid worden en zij zullen de vruchten van hun moeitevolle arbeid ontvangen. … Dan zal blijken dat hun zaak, die nu door veel rechters en overheden als ketters en goddeloos veroordeeld wordt, de zaak van de Zoon van God is. En als een genadige beloning zal de Here hun zo’n heerlijkheid doen bezitten als in het hart van een mens nooit zou kunnen opkomen.”
Wie met Christus leeft, mag weten de kerk van Christus heeft altijd toekomst. Door Gods genade.
AMEN